Les secrets d’un lieu

Koninklijke schatten

Leopold II waardeerde altijd de goede buitenlucht van de Ardennen en hij profiteerde van deze vrijetijd om te verblijven in zijn residentie in het bos van Ciergnon. Maar de regio was nog erg wild begroeid en heel weinig uitgerust met autowegen.

Men mocht een gewone reiziger of Koning zijn, niets was meer waard dan zich te verplaatsen met de trein.

Ja de trein… of het buurtspoorwegtrammetje!

Tot op heden onderhoud Erezée nog deze herinnering aan deze geschiedenis door een zeer speciaal buurttrammetje te onderhouden.

Convoi royal

Léopold II


De privétram van zijne Majesteit de Koning der Belgen

Ten tijde van Leopold II, nam de reis om tot in Ciergnon te komen de allures van een expeditie. Men moest eerst in de trein naar Andennen instappen, vervolgens de tram nemen tot Rochefort en tenslotte aan boord van een calèche tot het Koninklijke kasteel stijgen. Deze Koninklijke tram was niet om het even welke tram. Het ging om een voertuig op een panorarail, speciaal ontworpen om het landschap te bewonderen! Getrokken door stoomlocomotief, waren de tram en zijn aanhangwagens speciaal uitgerust. Een deel deze wagens was voorbehouden voor de suite van de koning terwijl het meest prestigieuze tram uitsluitend was gereserveerd voor de Koning. Alles was voorzien om het comfort van Zijn Majesteit te waarborgen. De houten zetels waren bedekt met leer van hogere kwaliteit. Aan de bodem, had men een geraffineerd parket van gelegd. Het houtwerk werden bewerkt en versierd met heraldische emblemen.

Tram royal

Reizen in eerste klasse


Beschikbaar op eenvoudige aanvraag

Na de doord van de Koning, werd deze veel te luxeuze ouderwetse tram niet meer gebruikt. Dank zij het werk van liefhebbers is deze tram terug uit de vergetelheid gehaald, daar waar ze anders nooit meer zou verschijnen.

 

Een andere getuige van het Koninklijke verleden van de Buurtspoorwegen is rond de kanten van Schepdaal, in Vlaams-Brabant te zoeken. Het Museum van de tram bezit een juweel, namelijk het voertuig dat door Leopold II bij zijn verblijven aan de kust aan het begin van de Twintigste eeuw werd gebruikt (waarschijnlijk omstreeks 1900-1903). Met zijn compartimenten die op de manier van kleine balkonnen werden ontdekt, zijn gouden versieringen en zijn kleur van koningsblauw, heeft hij prestigieuze gasten ontvangen waarvan de Sjah van Perzië die de badplaats van Oostende in het bijzonder waardeerde. De getuigen van zijn rijke geschiedenis, zijn zetels van rood fluweel met   Koninklijke emblemen, kronen en monogrammen gesierd. En, om het geheel te bekronen, wordt het dak van zes kleine… gouden kronen gesierd.